Eén van de kritieken op private beveiliging is dat een beveiligingsonderneming een monopolie op geweld kan verkrijgen en dit monopolie kan misbruiken. Ik zal hier argumenteren waarom een duurzaam monopolie in private beveiliging onwaarschijnlijk is, en later waarom het ontstaan van zo een monopolie onwaarschijnlijk is.
Stel dat een onderneming in een libertarische wereld er toch in slaagt een monopolie op geweld te verkrijgen binnen een bepaald gebied. Is dit monopolie duurzaam? Als de onderneming degelijke veiligheid te levert tegen redelijke prijzen, dan is er geen probleem. Niemand zal het monopolie betwisten, en er is ook geen behoefte naar. Er is pas een probleem wanneer de onderneming zelf de rechten begint te schenden die ze oorspronkelijk moest verdedigen. De onderneming is dan geen aanbieder meer van veiligheid maar een schender. De veiligheid in deze regio is gedaald. Naarmate dat de veiligheid daalt, stijgt de vraag en dus ook de bereidheid tot betalen voor veiligheid. Het is duidelijk dat de waarde die personen hechten aan beveiliging tegen diefstal kleiner is dan de waarde die ze hechten aan beveiliging tegen marteling of moord. Dit is slechts een toepassing van afnemend marginaal nut.
In de regio waar een onderneming een monopolie op geweld heeft, stijgt de vraag naar beveiliging. Dit zorgt ervoor dat de winstvoeten voor andere beveiligingsondernemingen stijgen en deze stijging kan heel sterk zijn. Beveiligingsondernemingen die actief zijn in naburige regio's worden hierdoor aangetrokken. Deze zullen het dan erg winstgevend vinden om de inwoners te beschermen tegen het geweldsmonopolie. Beveiligingsondernemingen zijn mobieler dan de meeste andere ondernemingen. Ze hebben geen fabrieken of mijnen die onmogelijk te verplaatsen zijn, maar ze bestaan voornamelijk uit personeel en de uitrusting van dat personeel. Het exporteren van veiligheid van de ene regio naar de andere is dus mogelijk.
Doordat ondernemingen uit andere regio's worden aangetrokken tot de regio van het geweldsmonopolie, wordt het voor de monopolist minder aantrekkelijk om systematisch rechten te schenden. Iedere extra schending van rechten gepleegd door de monopolist is een extra vraag naar beveiliging en dus een extra winstmogelijkheid voor andere beveiligingsondernemingen. Het geweldsmonopolie zal met geweld bevochten worden en ieder conflict is een extra reden voor de monopolist om minder rechten te schenden.
Het aantal potentiële concurrenten van een geweldsmonopolie is erg groot. Stel dat er in België een geweldsmonopolie is, dan hoeven concurrenten niet uit de nabije regio's te komen. Chinese of Zuid-Afrikaanse ondernemingen kunnen evengoed personeel en materieel op het vliegtuig zetten en hun diensten aanbieden aan inwoners van België. Ook is het niet noodzakelijk dat België als geheel beschermd wordt. De Chinese onderneming kan bijvoorbeeld ingehuurd worden door de inwoners van Ieper om Ieper te beschermen, en de Zuid-Afrikaanse onderneming kan ingehuurd worden door inwoners van Aarlen. Collusie met de geweldsmonopolist wordt dan weinig waarschijnlijk.
Het bovenstaande leidt mij tot de conclusie dat in een libertarische wereld een bestaand geweldsmonopolie reden genoeg zal hebben om niet systematisch rechten te schenden en dat dit monopolie gedoemd is om te falen. Ik ben ervan uitgegaan dat een geweldsmonopolie bestond en mezelf de vraag gesteld of dit duurzaam is. Wat ook belangrijk is, is of het waarschijnlijk is dat zo een monopolie ontstaat. Opnieuw is de geografische factor belangrijk.
Om systematisch rechten te kunnen schenden binnen een geografisch gebied, zoals de overheid doet, is een conventioneel quasi-monopolie, zoals private ondernemingen gewoonlijk hebben, niet voldoende. Het volstaat niet om in een gebied 90% van de markt van koperdraad in handen te hebben om rechten te kunnen schenden. Er zijn binnen dat gebied ontelbare markten, en zelfs absolute controle over 1 markt geeft slechts controle over een erg klein deel van de samenleving. Ik stel daarom dat de macht van ondernemingen over een bepaald gebied erg 'dun' is, maar het gebied waarin onderneming actief is (potentieel) erg groot is. Dit in tegenstelling tot de inwoners van een bepaald gebied, die meestal actief zijn binnen een redelijk klein gebied. Dit onderscheid is belangrijk omdat een geweldsmonopolie over inwoners van een gebied misschien nog wel aannemelijk is, maar het is veel minder aannemelijk om een geweldsmonopolie te hebben over grote ondernemingen.
Een beveiligingsonderneming mag dan wel een machtige onderneming zijn, ze is niet enige. Om veiligheid te garanderen is macht noodzakelijk en een goede manier om macht te realiseren is een grote schaal. Daarom ga ik niet ontkennen dat beveiligingsondernemingen waarschijnlijk een vrij grote schaal hebben. Maar wat noodzaakt dat die schaal absoluut is binnen een bepaalde regio? Een beveiligingsonderneming kan voldoende schaal bereiken door zich over een groot gebied te spreiden zonder ergens een absoluut monopolie te hebben. Grote ondernemingen huren de beveiligingsfirma in die het best bij hen past. In een bepaald gebied heb je dan bijvoorbeeld de beveiligingsfirma van Coca Cola, Microsoft en nog een hoop anderen actief. Doordat deze ondernemingen niet beperkt zijn tot 1 regio, kunnen zij makkelijk van beveiligingsonderneming veranderen. Krijgt een beveiligingsonderneming meer macht binnen een regio zodat deze de belangen van andere grotere ondernemingen niet meer verdedigt, of te hoge prijzen vraagt dan zijn deze grote ondernemingen in staat iemand anders te zoeken die dat wel doet.
Een laatste argument tegen de waarschijnlijkheid van monopolies van beveiligingsondernemingen is verticale integratie. Beveiliging is geen homogeen iets. Het bestaat uit verschillende delen. Het opsporen, transporteren, straffen van misdadigers. Beveiliging door middel van agenten, door middel van technologie, beveiliging van private personen of ondernemingen en nog een hoop andere deeltaken. Het is mogelijk dat er perfect geïntegreerde ondernemingen bestaan, maar dat is niet de enige mogelijkheid. Er kunnen beveiligingsondernemingen ontstaan die zich concentreren om een deelmarkt en daar betere diensten kunnen leveren dan geïntegreerde ondernemingen.
Conclusie: In de bovenstaande tekst heb ik 3 argumenten gegeven waarom geweldsmonopolies niet waarschijnlijk zijn:
1) Een geweldsmonopolie binnen een regio is niet duurzaam omdat het gecontesteerd wordt door ondernemingen buiten deze regio.
2) Een potentieel geweldsmonopolie zal schaal realiseren door een beperkt aandeel van een groot gebied te veroveren in plaats van een absoluut aandeel binnen 1 regio
3) Heterogeniteit van de dienst veiligheid laat specialisatie en nichemarkten toe. Een geweldsmonopolist is noodzakelijk een perfect geïntegreerde onderneming en heeft niet altijd een concurrentieel voordeel op gespecialiseerde ondernemingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten