Ik heb hier voor mij een issue van 'Neohumanisme', het boekje dat uitgegeven wordt door LVSV Gent om enkele liberale perspectieven de wereld in te sturen. Er is daarin een artikel over externaliteiten en hoe we dit zouden kunnen oplossen. (Er is op dit moment op internet nog geen copy van het artikel beschikbaar, maar ik zal trachten nog een artikel te leveren van zodra er een versie beschikbaar is.)
De auteur beschrijft hierin zijn oplossing voor het probleem van externaliteiten, wat echter uiteindelijk neerkomt op overheidsplanning van een (economische) problematiek in de samenleving. Er zijn echter enkele problemen met zowel de theoretische benadering van de probleem als de praktische oplossing die naar voren wordt geschoven.
De Theorie
De auteur schetst een theoretisch voorbeeld van wat een externaliteit betekent.
Even verderop doet hij iets gelijkaardig. Iemand die in de buurt woont van recyclagefabrieken krijgt kanker en dit kan redelijkerwijze toegewezen worden aan het feit dat hij in de buurt woont van deze fabrieken. Waarom is de schuld van de fabrieken en niet van de persoon zelf? Als ik een private schietbaan heb, maar er loopt iemand voorbij op het moment dat ik schiet - moet ik me dan verantwoorden dat die persoon is getroffen door mijn kogel? Misschien wel, maar het is toch minder waarschijnlijk dan als iemand op een dag naar zijn buurman wandelt, aanbelt en dan neerschiet. Er zijn daar verschillende gradaties in en het historische element - wie heeft wat gedaan in welke context - is belangrijk in dit soort zaken. Maar daarover wordt simpelweg heen gewalst in dit artikel: alweer is de presumptie van schuld logischerwijze die van de fabrieken - maar op basis van de gegeven argumentatie is daar helemaal geen reden toe. (We moeten ons ook afvragen door welke reden er fabrieken staan in de middel van een woonwijk; grond is daar altijd veel duurder en het is dus pure geldverspilling om daar een fabriek te bouwen.)
Het fundamentele probleem dat de persoon echter aanhaalt, is het punt dat 'bepaalde mensen schade toebrengen, waarbij het niet mogelijk is te oordelen wie in welke hoedanig schade oploopt' en omgekeerd 'dat bepaalde mensen schade hebben opgelopen, maar het niet mogelijk is te weten in welke mate bepaaalde bedrijven schade hebben opgelopen'. Zelfs als we de vorige opmerkingen negeren - die eerder zijopmerkingen zijn - dan nog steunt zijn voorstel op grote problemen.
Zijn plan is om 'bij handelingen waarvan men weet dat ze schadeverwekkend zullen zijn voor een bepaalde hoeveelheid schade (hoe weet je dat?) zouden verzekeringen volgend systeem moeten op poten zetten: bij aankoop van producten, grondstoffen of machines die schade zullen veroorzaken moet de schadeverwekker het bedrag van deze 'toekomstige schade' aan een 'schadefonds' betalen.'
De problemen hierbij zijn numeriek.
De auteur bespreekt dan nog om dit te doen via btw-planning, waarbij hij de interne dynamiek van overheden (en lobbygroepen) negeert. Het is mijn conclusie dat het gehele perspectief gedoemd is te mislukken; zelfs indien zijn ideaal schema wordt ingevoerd, hebben we structurele redenen om aan te nemen dat dit proces een inferieur proces is aan het gedecentraliseerd mechanisme die op zouden treden in de abscentie van de staat.
Als laatste noot moet er geuit worden dat externaliteiten neit zo'n probleem zijn. Mensen kunnen zich wapenen tegen externaliteiten; er is geen enkele reden om zomaar te aanvaarden dat iemand die een externaliteit veroorzaakt zomaar de schuldige is in de zaak.
De auteur beschrijft hierin zijn oplossing voor het probleem van externaliteiten, wat echter uiteindelijk neerkomt op overheidsplanning van een (economische) problematiek in de samenleving. Er zijn echter enkele problemen met zowel de theoretische benadering van de probleem als de praktische oplossing die naar voren wordt geschoven.
De Theorie
De auteur schetst een theoretisch voorbeeld van wat een externaliteit betekent.
[Laurent rijdt met een vervuilende dieselwagen in plaats van de ecologisch betere benzinewagen.] Iets verderop woont Anne. Ze heeft al dins haar jeugd astma, dit vermoedelijk door de vele dieselwagens, zoals die van Laurent, die dagelijks haar straat passeren.Wat is nu het probleem met deze opmerking? Het probleem is dat hier eigenlijk niet al te veel uit volkt. Simpelweg omdat er een externaliteit is, betekent dit niet dat er een (rechts)probleem is dat 'opgelost' moet worden met ingenieuze mechanismen. De vraag is: wie heeft het recht om zijn activiteit te voldoen? De auteur vooronderstelt simpelweg al 1 iets dat bewezen moet worden; i.e. dat Laurent de persoon is die in fout is omdat hij 'vervuilt' en Anne 'recht' heeft op een 'gezonde leefomgeving'. Hiermee heb ik niet gezegd dat Laurent sowieso in fout is, maar wel gezegd dat men dit niet zomaar kan aannemen dat iemand 'schuldig' is. Ik zelf zie er bijvoorbeeld geen graten in dat er bepaalde minimale externaliteiten zijn, zoals de uitlaatgassen van een auto, net zoals ik geen graten zie in een minimale nucleaire straling en dergelijke. Ik kan hier echter geen definitief antwoord geven; de vraag of dat Laurent in fout is, is iets dat eerst beargumenteerd moet worden, in een rechtszaak. Je kan niet zomaar mensen gaan belasten (waar het uiteindelijk op neerkomt) met de presumptie van schuld - want waarom uitlaatgassen van auto's wel en niet de esthetische effecten van slechte klerendracht? Beargumenteren dat 'gezondheid' belangrijker is dan 'esthetiek' is daarbij een drogreden; mensen nemen beslissingen op de marge. Sommige (nagenoeg allen) nemen bepaalde beslissingen op de marge waarbij ze esthetiek belangrijker vinden dan hun absolute gezondheid. De vraag of er een onrechtvaardige externaliteit is, is dus eerst iets dat beargumenteerd moet worden. De vraag welk proces het betere is om te weten welke externaliteiten mensen recht of onrechtvaardig vinden, is een vraag die hier niet beantwoordt hoeft te worden. (Maar logischerwijze zal ik voor een gedecentraliseerd proces vragen.) Waar ik me echter tegen verzet, is het zomaar toeschrijven van eigendomsrechten (in casu het recht van Laurent om bepaalde externaliteiten uit te stoten wordt te niet gedaan aan het recht van Anne op een (absoluut) schone omgeving). Waarom is het Laurent (en anderen) die zich moeten aanpassen en niet Anne?
Even verderop doet hij iets gelijkaardig. Iemand die in de buurt woont van recyclagefabrieken krijgt kanker en dit kan redelijkerwijze toegewezen worden aan het feit dat hij in de buurt woont van deze fabrieken. Waarom is de schuld van de fabrieken en niet van de persoon zelf? Als ik een private schietbaan heb, maar er loopt iemand voorbij op het moment dat ik schiet - moet ik me dan verantwoorden dat die persoon is getroffen door mijn kogel? Misschien wel, maar het is toch minder waarschijnlijk dan als iemand op een dag naar zijn buurman wandelt, aanbelt en dan neerschiet. Er zijn daar verschillende gradaties in en het historische element - wie heeft wat gedaan in welke context - is belangrijk in dit soort zaken. Maar daarover wordt simpelweg heen gewalst in dit artikel: alweer is de presumptie van schuld logischerwijze die van de fabrieken - maar op basis van de gegeven argumentatie is daar helemaal geen reden toe. (We moeten ons ook afvragen door welke reden er fabrieken staan in de middel van een woonwijk; grond is daar altijd veel duurder en het is dus pure geldverspilling om daar een fabriek te bouwen.)
Het fundamentele probleem dat de persoon echter aanhaalt, is het punt dat 'bepaalde mensen schade toebrengen, waarbij het niet mogelijk is te oordelen wie in welke hoedanig schade oploopt' en omgekeerd 'dat bepaalde mensen schade hebben opgelopen, maar het niet mogelijk is te weten in welke mate bepaaalde bedrijven schade hebben opgelopen'. Zelfs als we de vorige opmerkingen negeren - die eerder zijopmerkingen zijn - dan nog steunt zijn voorstel op grote problemen.
Zijn plan is om 'bij handelingen waarvan men weet dat ze schadeverwekkend zullen zijn voor een bepaalde hoeveelheid schade (hoe weet je dat?) zouden verzekeringen volgend systeem moeten op poten zetten: bij aankoop van producten, grondstoffen of machines die schade zullen veroorzaken moet de schadeverwekker het bedrag van deze 'toekomstige schade' aan een 'schadefonds' betalen.'
De problemen hierbij zijn numeriek.
- Hoe kan je weten dat ze voor een 'bepaalde hoeveel schade' zullen zorgen? Je kan nooit op voorhand weten hoelang de machine's gebruikt zullen worden, hoeveel mensen in de omgeving zullen komen wonen, etc.
- Alweer: 'schade' is een dubieus begrip. Misschien zouden bepaalde mensen liever deze schade incasseren voor de potentiële voordelen die daaruit volgen. Dit wordt echter volledig negeerd in dit voorstel.
- De auteur spreekt wel over (private) verzekeringen, maar indien hij aan dit soort van planning doet, is het dubieus in welke mate men kan spreken over 'privaat'.
De auteur bespreekt dan nog om dit te doen via btw-planning, waarbij hij de interne dynamiek van overheden (en lobbygroepen) negeert. Het is mijn conclusie dat het gehele perspectief gedoemd is te mislukken; zelfs indien zijn ideaal schema wordt ingevoerd, hebben we structurele redenen om aan te nemen dat dit proces een inferieur proces is aan het gedecentraliseerd mechanisme die op zouden treden in de abscentie van de staat.
Als laatste noot moet er geuit worden dat externaliteiten neit zo'n probleem zijn. Mensen kunnen zich wapenen tegen externaliteiten; er is geen enkele reden om zomaar te aanvaarden dat iemand die een externaliteit veroorzaakt zomaar de schuldige is in de zaak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten