zondag 20 september 2009

Beweging van arbeid & kapitaal

Er is me vandaag een interessante (maar niet al te originele) gedachte te binnen geschoten over de gehele 'beweging van arbeid en kapitaal' versus 'immigratie-discussie'.

Ter linkerzijde hebben we de schizofrene houding dat enerzijds mensen vrij moeten kunnen immigreren. Hoe schandalig is het wel niet dat sommige mensen ons rijke Westen niet binnen mogen? Langs de andere kant is het ook schandalig dat er een immigratiebeleid is dat 'arbeid' naar hier haalt om de lonen omlaag te drijven. (Ik vraag me af of ze de contradictie tussen beide standpunten zien.) Ten derde is er nog de grote schande dat kapitaal ook vrije 'immigratie' heeft, i.e. dat er simpelweg geïnvesteerd mag worden in andere landen. (Wat een schande: arme landen rijker proberen maken!)

Aan de rechterzijde hebben we eerder 2 stromingen. De ene is de inconsistent, die stelt dat beweging van arbeid slecht is, maar dat kapitaal wel moet kunnen bewegen. (Dit is de zogezegde 'liberale' - kuch - hoek van het kamp.) Aan de andere kant hebben we de consistentere rechtsen - de nationalisten - die noch beweging van kapitaal, noch van arbeiders ('immigranten') wensen.

En dan uiteindelijk heb je de liberalen; die stellen dat zowel arbeid als kapitaal vrij moet kunnen bewegen over de aardbol. Natuurlijk is er het Hoppeaans framework dat voor een vrije markt is van kapitaal, maar tegen vrije immigratie; maar dit lijkt me een duidelijk geval van op de verkeerde interventionistische weg te zitten. (Zoals het subsidieren van bepaalde producten de verkeerde oplossing is voor prijscontroles.)


zaterdag 19 september 2009

De evolutie van sociale zekerheden

Stap 1: Binnenin een bepaalde gemeenschap is er een relatief goed functionerende private sociale zekerheid door middel van organisaties - 'mutualiteiten' - waar mensen vrijwillig bij aansluiten en elkaar helpen.

Stap 2: De overheid, door deze of gene methode, dringt zich binnen in dit systeem (België) of start een verplicht alternatief op (Engeland, USA).

Stap 3: De eerst genoemde private organisaties verliezen aan belang of worden opgeslorpt in het overheidsapparaat.

Stap 4: De overheid begint meer en meer zaken onder de kostprijs aan te bieden, i.e. gesubsidieerd. Op dit moment is er wrslk tussendoor ergens ook een licentiering ingevoerd. De kosten worden op de belastingsbetaler gewenteld.

Stap 5: De kosten in de 'gezondheidszorg' stijgen en stijgen. De belastingsbetaler betaalt meer en meer. De consument betaalt echter nog steeds veel te weinig.

Stap 6: Allerlei 'market-based rantsoeneringen' worden ingevoerd (remgeld) om de stijgende kosten te beheersen.

Stap 7: De kosten swingen de pan uit en de consument moet nu, bovenop de overheidsbijdragen, zelf een steeds stijgende prijs betalen. 'Intellectuelen' jammeren over het minderen van de sociale zekerheid en verwijten 'neo-liberalen' de mindere kwaliteit en de stijgende kosten van de sociale zekerheid.

Stap 8: Een totale crisis in de gezondheidszorg: de overheid draagt een groot deel van haar budget af aan de gezondheidszorg, maar ook de consument zelf is heel wat geld kwijt bij een ziekte. De intellectuelen verwijten nog steeds iedereen buiten de organisator van het systeem.

Stap 9: De overheid begint zelf actief te rantsoeneren: welke ziekten ze wel en niet wilt terugbetalen. Ondertussen wordt het mensen nog steeds verboden om niet-gelicentieerde dokters te raadplegen. Hoogstwaarschijnlijk is de opleiding tot dokter ook grotendeels gemonopoliseerd door de overheid. Kosten blijven hoog.

Stap 10: Totale failliet van het model.

Wat denk je? Waar zitten we nu?

donderdag 17 september 2009

Frac. bankieren: een kort argument

Binnen de Oostenrijkse school is er een interessante discussie aan de gang, of het juridisch en economisch in orde is om een fractionele reserve bank te openen. Sommigen beweren dat enkel een bank met een volledige reserve - 'a full reserve bank' - economisch en juridisch in orde is. Anderen beweren dan weer dat een 'frac. reserve bank' in orde is; dat er geen juridische noch economische problemen zijn. Op dit moment in de tijd; denk ik zelf dat er inderdaad juridische oplossingen zijn voor de bezwaren van de full. reserve bankers, maar waar ik het echt over wil hebben, is een klein economisch argument ter verdediging van een frac. reserve. Ik zal het zo kort mogelijk voorstellen door gebruik te maken van een analogie. Maar eerst moeten we een bepaald onderscheid duidelijk maken.

In banken kan je 2 verschillende accounts hebben. Je kan een 'demand deposit' hebben. Dit betekent dat je je geld dat je daarop zet on demand - dus: altijd als jij het wilt - kan gaan afhalen. Langs de andere kant heb je een 'time deposit'. Dit betekent dat als je je geld daarop zet, je gedurende een welbepaalde, op vooraf bepaalde, tijd niet aan die rekening kan. Bijvoorbeeld: je geeft een bepaalde hoeveelheid goud aan de bank (neem 1 jaar) en gedurende dat jaar kan je dat goud niet terugvragen. Het is van de bank. Na een jaar krijg je het goud dan (normaal gezien) terug, waarop je dan een interest krijgt.

Laten we eerst een volledige reserve bank inbeelden. Iemand dropt zijn goud daar voor 1 nacht en krijgt daarvoor een moneytitel (i.e. 'iets in deze bank is van u) van de bank in kwestie. Men betaalt hiervoor een warehousefee. Deze persoon gaat dan 24 uur slapen - hij is heel moe - en komt dan zijn eigendom terughalen.

Stel u echter voor dat hij onverschillig is over de exacte munten (of whatever) dat hij terugkrijgt; dat hij simpelweg dezelfde hoeveelheid goud terugwilt na die 24 uur. (Het lijkt me niet zo'n onmogelijke assumptie; jij wilt ook niet het exacte briefje terug dat je naar de bank brengt.) Stel verder voor dat de bank hem interest aanbiedt (en dus zijn goud productief zal gebruiken tijdens die 24 uur.) Stel dus dat hij zijn goud naar de bank brengt en daarvoor een bankliability krijgt, die hij, alweer, over 24 uur zal komen inwisselen. Als de bank kan inschatten dat hij pas over 24 uur zal terugkomen, betekent dit dat hij inschat dat gedurende deze 24 uur je jouw (in theorie) demand deposit aan het gebruiken bent, vanuit een praxeologisch perspectief, als een time deposit. Namelijk: een time deposit van 24 uur. Indien de bank in staat is tijdens deze 24 uur het geld uit te lenen, daar een interest op te verdienen, en dan na 24 uur dit aan jou terug te geven, is er geen enkel probleem (en verdien je daar zelf nog een interest op).

Natuurlijk is 24 uur wat kort, maar dat is het punt niet. Het punt is dat het niet onwaarschijnlijk is om in te beelden dat dit proces op grootschalige wijze, over heel veel leningen heen gebeurt. Heel veel mensen brengen hun goud naar de bank en krijgen een bankliability in de plaats. De bank kan dan zelf een deel extra bankliabilities creëren door deze uit te lenen, maar langs de andere kant krijgt ze dan ook aan haar asset zijde deze leningen (en de inkomsten daarvan) in de plaats; waardoor de bankliabilities en de assets nog altijd in the long run gelijk zijn. Het is waar dat op elk bepaald moment alle cliënten van de bank naar de bank kunnen komen om allemaal hun bankliability in te ruilen voor echt goud; en dat de bank daaraan niet kan voldoen. (Daarom zijn er historisch gezien dan ook 'option clauses' ontwikkeld: indien zoiets gebeurt, kan de bank, bijvoorbeeld, een wachttijd van 90 dagen inroepen om daaraan te voldoen.) Maar indien de bank zijn affaires goed op orde heeft - en net zoals elke onderneming zal de ene bank dat beter doen dan de andere - kan ze wel altijd goed haar cliënten terugbetalen indien deze hun bankliabilities willen inruilen. Het enige wat vereist is, is dat de bank zo correct mogelijk in schat in welke mate mensen hun 'demand deposit' aan het gebruiken zijn als 'time deposit', i.e. wanneer ze hun geld komen afhalen. De reden waarom mensen dit (kleine) risico nemen, is eenvoudig: ze verdienen daar een interest op.