woensdag 25 augustus 2010

De vergissingen van 'Fair and Square'

Er is (alweer, zou ik bijna durven zeggen) een nieuwe actiegroep om Europa te 'beschermen' van geïmporteerde producten, een pleidooi voor 'lokale' productie en al die zaken. De Nederlandstalige versie van het manifest laat echter weinig aan de verbeelding over: het is gebaseerd op slechte economische wetenschap en mensen die geloven in vrijheid, verantwoordelijkheid en eigendom behoren deze organisatie, naar mijn overtuiging niet te steunen.

Laten we enkele opmerkingen formuleren om dit punt hard te maken.

De eerste zin, laat al direct weinig aan de verbeelding over:
Fair & Square (F&S) is een sociale beweging die vraagt dat de producten in de Europese Unie gefabriceerd worden
Het is niet natuurlijk a priori gezegd dat ze bedoelen dat er protectionisme ingevoerd moet worden; maar het is moeilijk om een 'sociale beweging die vraagt naar x' anders te begrijpen dan een sociale beweging die vraagt voor overheidsinterventie. De moeilijkheid van deze interpretatie wordt, toegegeven, ook bemoeilijk door hun conclusie, die zich aan het einde van de tekst bevindt.
FAIR & SQUARE is geen oproep voor het boycotten van niet-Europese producten. (...)
informeer u bij iedere aankoop van om het even welk product. Enkel door uw selectieve en doordachte consumptie kan het milieu, de gezondheid en sociale zekerheid zowel voor u, uw kinderen als uw medemens ten goede veranderen.
Op het eerste zicht lijkt het dus simpelweg een sociale beweging die mensen bewust wilt maken van bepaalde zaken en hoopt dat men daar rekening mee houdt. En daar zit iets in. Bijvoorbeeld; het zou misschien voordelig zijn dat consumenten kiezen om iets meer te betalen voor een bedrijf dat geen slaven gebruikt, dan te kiezen voor goederen van bedrijven die wel slaven hebben, om zo dit laatste bedrijf onder druk te zetten om de slaven te bevrijden. Dit zou kunnen, maar we moeten nog altijd oplossen met zo'n aanbevelingen. Het is immers niet gezegd dat er geen onbedoelde gevolgen kunnen zijn, die tegen het oorspronkelijke doel in zouden gaan. Bijvoorbeeld: in plaats dat de slaven bevrijd worden door deze druk, worden ze afgeslacht. Ik zeg niet dat dit waarschijnlijk is, maar 'k wil het punt maken dat iets dat goed oogt en waar heel duidelijke economische én morele redenen voor zijn, nog steeds niet betekent dat het de meest wenselijke uitkomst zal hebben. Het is daarom dat ik een lichte scepticus - niet hetzelfde als een tegenstander - ben van het standaardverhaal van 'consumenten gaan de wereld ten goede veranderen'. Zelfs als consumenten massaal alleen nog producten zouden kopen die op een manier worden gemaakt die ik rechtvaardig/moreel verantwoord zou vinden (en dat is inderdaad een lagere standaard dan de meeste mensen), dan nog zou dat niet betekenen dat (1) alle onrechtvaardigheden uit de wereld zijn, of (2) dat dit per se wenselijk is voor de mensen die de onrechtvaardigheden ondergaan. Standaardeconomische analyse: als de waarde van een goed omlaag gaat, wordt er minder voor gezorgd. Als de waarde van een slaaf omlaag gaat...

In ieder geval; ik wijt uit. Het punt is dat zelfs als het simpelweg een onderneming is om te pleiten voor veranderingen van consumentenpatronen - wat volledig in hun recht is - dan nog ben ik niet overtuigd dat dit altijd en overal het beste is.

Als het echter toch niet meer is dan een excuus voor protectionisme, dan is het nogal duidelijk dat het op niets slaat. We zullen daarvoor de rest van hun argumenten even toelichten.

Europese producenten worden strenge regels opgelegd, zowel door de lidstaten als door de EU. Dit met als enige doel het milieu leefbaar te houden.
De zorg om het milieu in de lage loonlanden is geen prioriteit. Hopelijk komt hier in de toekomst verandering in, wat dan ook een positieve weerslag zal hebben op hun gezondheid… en de prijs van hun producten, net zoals in Europa.

Wel; enkele opmerkingen zijn hier noodzakelijk. Ten eerste is het helemaal niet duidelijk of dat het 'enige doel' van milieuregels is om het 'milieu leefbaar te houden'. Waarom zou het niet ook (of hoofdzakelijk) zijn om bepaalde belangengroepen tevreden te stellen waarbij de kost over de samenleving op quasi-onzichtbare wijze wordt verspreid? Het is nogal leuk voor upper-white middle class mensen om te pleiten voor het behoud van natuurgebieden, maar als er daardoor minder bouwgrond is enzo, stijgt wel de prijs van huizen voor iedereen. Zij kunnen dat weliswaar betalen, maar er zijn natuurlijk ook mensen met iets minder in de wereld...

Ten tweede; het is nogal wiedes dat 'zorg om het milieu' een weerslag zal hebben op de 'gezondheid', maar het is niet te hopen dat er in de toekomst zorg voor het milieu komt vanuit overheidswege in derde wereld landen. Gezondheid, net zoals alles, is een marginale trade off. Dat zien we elke dag: veel mensen leven helemaal niet zo gezond, omdat ze vinden dat ze dan teveel aan levenskwaliteit moeten inboeten en vice versa. Die afwegingen moet iedereen voor zich maken. Dit betekent niet dat alles moet kunnen en alles moet mogen; de externaliteiten van vervuiling kunnen wel degelijk negatieve effecten hebben op onschuldigen - zeker in gebieden met onderontwikkelde juridische bescherming. Maar dan nog is het niet zomaar zeker dat het 'goed' zou zijn dat de overheden daar bezig gaan zijn met 'milieuregulering' eerder dan met het beschermen van eigendomstitels en gezondheid vis a vis concrete vervuilers, in plaats van het macro-beheer van 'het milieu' in het algemeen.

Ten derde; het is correct dat deze regels een impact hebben op de prijzen; een hogere prijs dan anders het geval zou zijn... Soms is dit niet zo'n probleem, i.e. wanneer de 'lagere' prijs onrecht zou betekenen. (Als ik als bedrijf gewoon mijn afval op jouw grond mag dumpen, zal ik een lagere kost hebben en dus een lagere prijs, maar dat is niet per se voordelig as such.) Maar ad hoc reguleringen zijn hier geen typisch voorbeeld van; die worden doorgaans gelegitimeerd met 'algemeen belang' en andere fantasieën. Regulering zorgt ervoor dat de prijs stijgt; waarom dat dit wenselijk is voor derde wereld landen snap ik niet zo goed?

De strenge controles op de productveiligheid waaraan de Europese fabrikanten onderworpen worden beperken de kansen op allergieën, kanker, intoxicaties, ongevallen enz. zowel voor de consument, als voor de arbeiders die het product vervaardigen.

Het transport per zeeschip (zwaar milieubelastend!) kan veel schade veroorzaken omdat uiterst giftige stoffen gebruikt worden in de containers om schimmels te bestrijden. Bovendien zijn de productiemethoden in de lage loonlanden veelal gevaarlijk voor de arbeiders en de producten besmet met ingrediënten die in Europa verboden zijn. Een groot deel van de ingevoerde producten is dan ook giftig en een gevaar voor de volksgezondheid. Daarom moeten de ingevoerde producten beter onderzocht worden bij aankomst in Europa. De enige maatstaf voor productveiligheid die hier dient gehanteerd te worden is de kwaliteitsnorm die ook aan onze Europese bedrijven opgelegd wordt. Zo niet wordt de consument om de tuin geleid en is dit concurrentievervalsing ten nadele van de Europese bedrijven. Ook de arbeiders van buiten Europa dienen beschermd te worden met productiemethoden en processen die hen vrijwaren van ziekte of gevaar.

Dit is maar een pleidooi voor ordinair protectionisme.

Ten eerste gaat het uit van de vooronderstelling dat alle regels van de EU goed, wenselijk en de marginale trade off analyse overleven. Quod non. Indien dat zo zou zijn; dan zou er in een markt tendensen zijn om deze marginale trade off analyse zelf te creëren.

Ten tweede: alle distributeurs hebben hun eigen kwaliteitscontrole-mechanismen, die ervoor zorgen dat ze hun consument niet vergiftigen.

Ten derde: het feit dat, bijvoorbeeld, het transport per zeeschip 'zeer vervuilend' is, is volledig en duidelijk irrelevant. De reden is om dit argument te maken je een vergelijkende analyse moet maken en geen absolute. Het is immers wiedes dat de vervuiling van het transport moet vergeleken worden met de extra kost - in termen van milieuvervuiling en andere - dat het met zich mee zou brengen om het goed ter plaatste te maken. Het is verre van altijd duidelijk dat dit zo is. Natuurlijk kan je een Pigouviaans argument maken dat de vervuiling niet geheel geïncorporeert worden in de kosten en dit zal mogelijkerwijze wel eens juist kunnen zijn. Maar dan nog moet er een vergelijkende analyse gemaakt worden van de vervuilende effecten. Als zeeschepen echt 'zo' gevaarlijk zou zijn, dan zou elk continent gewoon op zijn eigen continent moeten blijven produceren, want het is toch zo veel te vervuilend om zaken te vervoeren...

Ten vierde; op zich kan je de assumptie van 'vervuilend' bekritiseren. Is 'vervuiling' per se zo erg? De vraag is: hangt van de kost van het niet-vervuilen af. En met 'kost' bedoel ik niet alleen 'geld', maar het geheel van andere alternatieven. 2 extreme voorbeelden. Stel dat ik iets zou kunnen recycleren voor 10 euro en het niet recycleren zal enkele miljarden euro schade veroorzaken. ('k ken zo geen voorbeeld, maar stel.) Dan heeft het zin om te recycleren. Maar stel dat de vergelijking omgekeerd is, heeft het dan zin? Natuurlijk niet! Het is evident dat in de wereld waarin we leven er niet zo'n situatie is, maar het punt - dat er marginale afwegingen zijn - is er wel. En zonder een kosten/batenanalyse kan je dat niet zomaar zeggen.

Ten vijfde; 'ene groot deel van de producten is giftig en gevaarlijk voor de volksgezondheid', indien dàt waar zou zijn, lijkt het me in ieder geval dat er een grootschalig overheids- en marktfalen is. Overheidsfalen vermits zij toch de autoriteit hebben geclaimd om al die zaken te controleren en ervoor te zorgen dat we veilig zijn. Marktfalen omdat zij toch zogezegd ons zouden dienen. Iets zegt me echter dat er niet zoveel producten zo gevaarlijk zijn als ze willen doen insinueren met deze terminologie. Let op dat er geen data wordt gegeven en er wordt gekozen voor woorden die geen exacte hoeveelheid zijn. Achteraf is het dan ook eenvoudig te zeggen: 'ja, maar, we bedoelden helemaal niet dat het zo erg was...'

Ten zesde: waarom wordt 'de consument' om de tuin geleid als de producten aan een andere kwaliteit worden beoordeeld als de europese in hun beoordeling of ze legaal zijn? Hier is natuurlijk geen 'om de tuin leiden', want de consument houdt daar gene rekening mee. Dit kijkt gewoon naar het product zelf en maakt op basis daarvan een beoordeling. Verder is er natuurlijk de distributeur die ook een oordeel velt - die wilt zijn cliënten niet kwijt - en het kan hem, terecht, niet schelen of het de 'regels van de EU' doorstaat of niet. Dat kan consumenten immers niet echt schelen.

Ten zevende; het feit dat ze roepen dat dit 'oneerlijk' is voor de Europese bedrijven is misschien wel waar, maar daaruit volgt niet dat het een goed idee is om 'dezelfde' kwaliteitsnorm op te leggen - integendeel. Als blijkt dat de Europese bedrijven uit de markt worden geconcurreerd, dan zijn er 2 zaken die gedaan kunnen worden. Idealiter wordt de regulering opgeheven: het is duidelijk dat de Europese consument die regels niet nuttig vindt. Hij kiest immers zodanig veel voor de buiten Europese producten dat de Europese producenten niet uit de kosten geraken. Dit betekent dat de regels die de EU oplegt slecht zijn voor de consument. Eerder dan te pleiten voor protectionisme als de Europese bedrijven niet kunnen concurreren, behoort men (1) deze discrepantie in regels met veel vreugde te verwelkomen, want de consument heeft meer keuze en (2) te pleiten voor het weg doen van deze regels. Als dat echter geen optie is, is het nog steeds geen goed idee om protectionisme in te voeren. Immers: comparatieve voordelen geldt nog steeds. De niet-Europese ondernemingen accepteren alleen euro's om hier weer zaken te kopen. In plaats van deze falende (onder de huidige regels) industrie te willen redden door méér regels in te voeren (alweer: idealiter worden de regels weggehaald), laat men gewoon comparatieve voordelen spelen en laat men dus investeren in iets anders in Europa.

Ten achtste; de holle slogan dat arbeiders 'beschermd moeten worden van productieprocessen' is zo'n ongelooflijk holistische uitspraak dat ze geen waarde heeft. Ja, er valt iets te zeggen dat arbeiders niet behandeld moeten worden als slaven en dat ze een redelijk inzicht moeten hebben in de gezondheid- en risicosituatie waarin ze werken. (Men zou kunnen argumenteren dat het fraude is indien er doelbewust informatie wordt achtergehaald, maar daar ga ik nu niet op in. 'k ga hier gewoon de meer gematigde case verdedigen dat er misschien iets te zeggen valt dat ze geïnformeerd moeten worden.) Maar informatie is niet hetzelfde als regulering. Dezelfde reguleringen doorvoeren is het equivalent van de kostprijs per arbeider enorm laten stijgen, waardoor de onderneming daar (1) niet meer kan functioneren of (2) alleen maar veel lagere lonen kan uitbetalen. Zelfs als daa rproductieprocessen zijn die 'gevaarlijker' zijn, dan nog volgt daar niet uit dat je dat moet reguleren. Gegeven de mogelijkheden in armere landen is het niet zo dat het wenselijk is dat je dat maar weg reguleert: de alternatieven zijn misschien nog erger - maar minder eenvoudig te reguleren. En als je alles echt zou kunnen reguleren, dan zijn ze misschien wel heel veilig, maar kunnen ze zelf niet meer kiezen om meer risico te nemen in ruil voor ene hoger loon. De holistische slogan die ze daar gebruiken is het equivalent van te eisen dat werknemers uit niet-europese landen als kinderen worden behandeld: ze zijn immers niet in staat om zelf een oordeel te vellen over de risico's die ze op zich willen nemen.

Iedere werknemer in Europa verdient een eerlijk loon voor het werk dat hij/zij doet. Dit wordt gegarandeerd door de sociale wetgeving. De prijs van deze sociale zekerheid in Europa zit vervat in de kostprijs van de producten. Veel arbeid wordt gedelokaliseerd naar de lage loonlanden in naam van de vrije markt zonder evenwel rekening te houden met het verlies aan sociale draagkracht in Europa. De arbeidsomstandigheden ginds zijn verre van gelijkwaardig aan de onze. Kinderarbeid, gebrek aan sociale zekerheid, uitbuiting, kortom een gebrek aan arbeidsethiek maakt dat wereldmerken daar voor een prikje kunnen produceren. Wie zal onze pensioenen betalen of onze gezondheidszorg financieren? Wie zal de sociale voorzieningen voor de werknemer uit de lage loonlanden betalen? Dit kan niet met goedkope producten omdat sociale zekerheid -of ze nu gegarandeerd wordt door de overheid of de private sector- een kostprijs heeft.
Ten eerste: Dat is gewoon het bruttoloon van de werknemer en voegt niet toe aan de prijs van die werknemer! Die werknemer is dit loon waard - anders zou dat niet betaald worden. Wat ze hier dus zeggen is simpelweg dat de lonen die uitbetaald worden een deel is van de kost van het product. Ja, dat klopt. ('k ga hier zelfs niet eens een opmerking maken dat ze hier gebruik maken van een arbeidstheorie van waarde. 'k wil dat nog op een positieve manier interpreteren en er van uitgaan dat ze het correcte bedoelen.)

Ten tweede: Het is helemaal niet zo dat er wordt gedelokaliseerd wordt omwille van de hoogte van het loon, maar omwille van zaken zoals gebrekkige flexibiliteit (mede veroorzaakt door de wettelijk afgedwonge lonen, maar geen oorzaak op zich), overdreven kostenverhogingen door reguleringen en dergelijke zaken. Hoge lonen op zich zijn geen oorzaak. Dat kàn ook niet. Er is immers geen enkele verplichting om een loon te betalen: als de werknemer (en zijn productiviteit): neem hem dan niet aan.

Ten derde: het is waar dat de 'arbeidsomstandigheden daar niet hetzelfde zijn', maar delokalisering zorgt voor een evolutie naar verbeterde arbeidsomstandigheden. Dit is immers nogal logisch: 'delokalisering' is niets anders dan kapitaalsinvestering in de derde wereld. Meer kapitaal zorgt voor hogere productiviteit per werker, wat op zijn beurt zorgt dat hogere lonen mogelijk zijn. Als genoeg bedrijven dit doen, stijgen de lonen daar door de concurrentie - net zoals ze hier gestegen zijnd oor de concurrentie en door kapitaalsinvesteringen.

Ten vierde: 'wie zal de sociale zekerheid betalen'? Wel; niet de ondernemingen als je ze zal dwingen om ze hier te houden, natuurlijk. Het pleidooi dat ze houden is niets anders dan de oude vriend mercantilisme, i.e. 'we moeten alle productiezaken hier houden, anders gaan we armer worden!' Maar niets is natuurlijk minder waar: door de emigratie van kapitaal wordt de wereldarbeisdeling groter en efficiënter met meer welvaart over de gehele aarde tot gevolg. Het is waar dat we hier in het Westen een probleem hebben met pensioenen en dergelijke maar dit wordt niet veroorzaakt door het wegtrekken van kapitaal, maar door kapitaalsconsumptie. Kapitaalsconsumptie is het concept dat er meer gespaard wordt dan in een vorige, bepaalde tijd. Dit gebeurt door herverdelingsprogramma's zoals de pensioenen, werkloosheidsuitkeringen, subsidies, etc. De manier om te zorgen dat het effect hiervan wat geminderd wordt is door de vrije stroom van kapitaal toe te laten. Als je kapitaal artificieel hier zou kunnen laten houden, zorgt dit alleen maar voor een kleinere output van gelijk kapitaal. Zo ga je inderdaad de pensioenen niet kunnen betalen...

Ten vijfde; kortom 'voor een prikje produceren', betekent ook 'voor een prikje kunnen verkopen' aan mensen die, bijvoorbeeld, nu al een veel te laag pensioen hebben. Alweer: stoppen met te hameren op fabrieken die wegtrekken en stoppen met hameren op consumptie aanzwengelen. Het omgekeerde - ook al is dat minder populair - is de weg naar meer welvaart: meer sparen en de vrije stroom van kapitaal.

Het is duidelijk wat het finale oordeel over deze beweging moet zijn: Mercantilisme en protectionisme, een vleugje Keynesianisme, we verpakken het groen en sociaal en we verkopen het als een maatregel dat ons gezond en welvarend zal hebben. Maar een gezonde analyse toont wat het is: het zoveelste voorstel gebaseerd op de oude drogredenen dat niets anders zal bereiken dan minder welvaart en meer controle van de overheid over onze (leef)wereld. Liberalen kunnen dit alleen maar verwerpen.




dinsdag 24 augustus 2010

David Friedman en zijn visie

Ik denk dat ik nog maar zelden (misschien zelfs nog nooit?) een presentatie zo hard heb aanbeveeld als deze presentatie van David Friedman over Seasteading.

Ik was altijd een grote scepticus van het idee - en ik denk dat het nog altijd steunt op een naïeve vooronderstelling* - maar hij maakt een ijzersterk argument. Hij spreekt eigenlijk misschien maar 5 minuten over het idee van Seasteading zelf; hij spendeert het merendeel van de tijd aan een visie op de overheid, de theorie die het idee van seasteading ondersteunt, etc.

Het is echt enorm boeiend. Echt een absolute mustwatch.

Misschien ga je er niet geheel mee akkoord; maar het is enorm boeiend.


Minder uitkeringen, meer geweld?

Een week terug ofzo had ik een (zoveelste) discussie met een stel idioten - excuseer: wel geïnformeerde mensen met een andere politieke visie dan de mijne, waar de basisthese was: 'indien je de uitkeringen verlaagt of wegneemt, zal er meer criminaliteit zijn'.

Nu; gegeven alles wat er in België illegaal is, vind ik dat niet per se erg. Belastingsontduiking, zwart werk, zelfstandige zonder licentie, etc. zijn allemaal illegaal maar dat vind ik niet echt erg. (En tegelijkertijd met de uitkeringen zou het goed zijn dat deze zaken ook gedereguleerd werden.) Maar dat was de claim niet; de claim was dat we dan een moordende, stelende enzv. onderklasse gaan hebben.

Er is echter iets raars met de empirie hierachter. Ten eerste: ik ken geen data die dit soort conclusies bewijst. Ik wil gerust aanvaarden dat de (economische) redenering op zich niet geheel van de pot gerukt is, genre Gary Becker 'de rationele crimineel'. Als we uitkeringen en dergelijke wegnemen, ontnemen we mensen een inkomensbron, maar ze wensen wel nog steeds te kunnen consumeren. Per hypothese hebben ze geen alternatieven, dus gaan ze maar wat stelen en dergelijke. Ik snap de redenering en ik wil aanvaarden dat ze, indien de hypothese waar is, correct is. Wat ik echter bekritiseer is zelfs in een land als België - met alle regulering - deze hypothese niet geheel klopt. En voor de mensen waar de hypothese wel klopt, betekent dit nog steeds niet dat ze over moeten gaan tot stelen, eerder dan, bijvoorbeeld, zwart werk en dergelijke.

Ten tweede: er is (zover) ik weet wel data beschikbaar van het tegendeel. Venezuela is het nieuwe socialistische paradijs, maar het aantal moorden is daar wel dramatisch gestegen, de laatste jaren. Natuurlijk is dit geen ceteris paribus-relatie, maar als socialisme nodig is om een veilige samenleving te creëren, dan scheelt er ofwel iets met het Venezuelaans socialisme ofwel met de thesis op zich.

Heel deze post is natuurlijk geen sluitend bewijs in eender welke richting. Als er iemand meer sluitende data heeft, mag hij die altijd geven.

zaterdag 21 augustus 2010

Volgende keer dat iemand zegt dat vrouwen systematisch onder betaald worden...

hier is het antwoord:

But to those persons who believe that women are indeed consistently underpaid, boy do I have a deal for you! Start your own firms and hire only women. If it’s true that women are consistently underpaid, you’ll be able to hire outstanding employees by paying them more than the relative pittances they currently earn, while you still profit handsomely from employing them.

And that’s not all. Being benighted male chauvinists, your competitors will not follow your example; they will stubbornly refuse to offer female employees wages commensurate with these women’s productivity. You’ll expand your operations by easily hiring highly productive, formerly underpaid workers while your competitors – made stupid by prejudice – will shrivel into bankruptcy as they lose productive employee after productive employee. You’ll simultaneously corner your industry’s market, earn handsome profits, and raise women’s wages. If you’re correct that sex discrimination is rampant in today’s labor market, you can’t lose! So get to work!

Nu is de claim niet dat in alle gevallen mannen en vrouwen per se evenveel betaald krijgen. Wel dat de factor 'systematische discriminatie' verre van een dominante, bepalende rol kan spelen in de verschillen daartussen.




A Study Guide To Austrian Economics: Algemeen

Een volledige studie gids tot de Oostenrijkse school - dat al het werk incorporeert dat er gedaan is en wordt - is natuurlijk niet mogelijk. De bedoeling van deze blogposts is om wat literatuur te geven over algemene werken in de Oostenrijkse school.

Noot: 'k heb recentelijk een bepaalde torrent ontdekt: Economics: Austrian and Related, met een hoop zalige boeken. Als er in de volgende lijst (T) naast een werk staat, betekent dat de beste manier om aan het werk - buiten het simpelweg te kopen, natuurlijk - te geraken is via deze torrent.

Inleidend Werk

Je kan geen enkele studie beginnen zonder een inleidend vak in het onderwerp; dat een algemeen overzicht geeft van alles wat er komen zal. Drie boeken zijn, denk ik, de voornaamste inleidingen die ik zou meegeven. Het is niet noodzakelijk om ze alle drie te lezen - alhoewel ik dit wel zeker zal aanbevelen. Zelfs als er wat delen zijn die overeenkomen - wat er zeker is - toch loont het om ze alle drie eens door te nemen. Het eerste boek is Gene Callahan zijn Economics For Real People. Het tweede boek is van Eamonn Butler: A Primer in Austrian Economics. Het derde werk is Taylor met zijn Introduction to Austrian Economics.
Voor wie gewoon als geïnteresseerde de Oostenrijkse school wenst te leren kennen, zijn deze 3 voldoende. Meer mag, maar is zeker geen noodzaak.

Vaak wordt Economics in One Lesson (Henry Hazlitt) aangehaald door mensen. Het is waar dat dit een klassieker is, maar deze is niet zozeer een inleiding in de Oostenrijkse school per se; het is een meer toegepast boekje, ideaal om bepaalde vormen van beleid te analyseren (en te bekritiseren), maar om een theoretisch inzicht te krijgen in de Oostenrijkse school is het geen goed boek. (Maar ik zou het als werk op zich wel aanraden.)

15 Great Austrian Economists is eventueel ook iets dat je kan doornemen, maar dan vooral vanuit een meer historisch overzicht.

Intermediare Overzichten

Nadat we ons bekend hebben gemaakt met het algemene werk van de Oostenrijkse school - de essentiële inzichten, kunnen we nu overgaan naar iets meer geavanceerde overzichten, waarna we dan kunnen overgaan in het ons specialiseren in deze of gene richting.
Het eerste dat ik in deze zou aanraden, is De Soto zijn The Austrian School. Een ander goed overzicht met een iets andere focus, is het studieboek The Economic Way of Thinking (Heyne, Boettke and Prychitko). (Jep, duur; maar 'k heb nog wel een paar versies op overschot.) Foundations of the Market Price System (Shapiro) is niet zo bekend, maar zeker niet slecht. Het was het favoriete studieboek voor economie van Rothbard. Market Theory and the Price System (Kirzner) is een ander goed werk, geschreven door een van de giganten van de Oostenrijkse school. De Elgar Companion to Austrian Economics (geëdit door Boettke) is een enorm uitgebreid overzicht van allerlei verschillende onderwerpen in de Oostenrijkse school, om toch niet geheel inleidende wijze. Dit is ook een goede bron voor mensen die over een bepaald onderwerp iets inleidend wensen te lezen en dan verder daarin zich willen inlezen.
Al deze boeken vereisen iets meer aandacht, maar zeker niet heel veel. Mensen die een iets dieper inzicht wensen in de Oostenrijkse school, kunnen perfect verder met deze boeken.

De Giganten

Een overzicht van wat je moet lezen in de Oostenrijkse School is nooit volledig zonder een speciale vermelding van Ludwig von Mises zijn Human Action (zeker de study guide erbij gebruiken!) en Rothbard zijn Man, Economy and State (ook hier: gebruik de study guide!)
Een boek dat je ook niet mag negeren, is het nog meer indrukwekkendere Capitalism, van George Reisman.
Geen van deze 3 boeken zou ik op zich aanraden om volledig te lezen, tenzij als je zeker bent dat de hoge kost het wel waard is. Vergis u niet: het zijn ruime boeken, die, indien je daar echt waarde uit wenst te halen, zorgvuldige studie vereisen. ('k ben nu zelf al 3 jaar redelijk full time met Oostenrijkse economie bezig en ik zou nog steeds niet beweren dat ik alle punten van al deze boeken heb begrepen. 'k heb zelfs Capitalism nog niet geheel kunnen lezen!)
Het is, naar mijn oordeel, beter om simpelweg stukken uit deze boeken te lezen - de stukken die je interesseren - eerder dan de gehele boeken even door te nemen, zoals men een fictieroman zou lezen.

donderdag 19 augustus 2010

Het onderverdelen van de Oostenrijkse School

Voor een miniprojectje, probeer ik de Oostenrijkse school onder te verdelen in een aantal categorieën. Het doel van deze onderverdelingen is om dan verschillende werken onder te verdelen in een (of meerdere) van deze categorieën, om zo eenvoudiger mensen wat literatuur aan te raden.

De categorieën die ik heb zijn:

- Methodologie/Epistemologie
- Microfunderingen
- Het marktproces (calculatie, ondernemerschap, kennis, etc.)
- Kapitaalstructuur (macro-economie)
- Overheidsinterventionisme
- ABCT
- Socialisme
- Toegepast Economie (geschiedenis)
- Edit: Geschiedenis van de Oostenrijkse School
- Edit: Algemene Inleidingen in de School
- Algemene klassiekers die iedereen gelezen zou moeten hebben

Enige suggesties van anderen?

dinsdag 17 augustus 2010

De beschikbare data over onderwijs

Schoolkeuze werkt het best - wat een verrassing.

Van de conclusie:

CONCLUSION

Across time, countries, and outcome measures, private provision of educa- tion outshines public provision according to the overwhelming majority of econometric studies. Findings of a statistically significant advantage for pri- vate schooling outnumber findings of a significant advantage for public schooling by a ratio of roughly 8 to 1, and the statistically significant advan- tage for private schools outnumbers by a ratio of more than 3 to 1 the statis- tically insignificant findings.

However, since the funding and regulatory structures of “public” and “private” schools vary widely, this breakdown of the research is insufficiently detailed to be of real use to policymakers. If we want to ascertain the merits of real market reform in education, we must com- pare genuinely marketlike private school systems (which are minimally regulated and are funded, at least in part, directly by parents) with state school monopolies protected from significant market competition (such as the typical U.S. public school system). When we assess the evidence using these more specific criteria, the results are more stark: there are 59 statistically significant findings of marketlike education systems out- performing government monopoly schooling, and only four findings of the reverse, for a ratio of nearly 15 to 1 in favor of free education mar- kets. There are only 13 statistically insignificant findings among market versus monopoly comparisons, and every finding comparing the effi- ciency of market and monopoly schooling is both statistically significant and favors markets.

These results call into question the notion, prevalent in both conserva- tive and liberal circles, that the content of schooling must be overseen by the state in order for schools to achieve optimum performance. It is in fact the least regulated market school systems that show the greatest margin of superiority over state schooling.

Based on the patterns that emerge from the global evidence, policy- makers should seriously consider providing universal access to minimally regulated education markets in which parents, whenever possible, directly pay at least some of the cost of their children’s education. Pro- grams intended to accomplish that objective (such as education tax cred- its) have already been proposed, and partial, scaled-down versions of such programs are already operating in several U.S. states (Schaeffer, 2007).


Nederlandstalige econ talk

Elke deftige liberaal kent natuurlijk econtalk; het podcast programma van Russ Roberts waar hij mensen interviewt gedurende een half uur tot een uur over een grote verscheidenheid aan onderwerpen.

Nu de vraag is: zou het niet wenselijk zijn als er ook zo'n Nederlandstalige variant zou komen?

- Boudewijn Bouckaert
- Dirk de Bievre
- Frank van Dun
- Dirk Verhofstadt
- Erik De Bruyn
- Voorzitter(s) van het LVSV, MRI, Prometheus, etc.

Gewoon een suggestie. Zou er daarvoor een publiek zijn?


Murphy & de ABCT

Nu dat we toch bezig zijn presentaties te linken, kan deze van Robert Murphy niet achter blijven.

Een goede inleiding in de ABCT.

maandag 16 augustus 2010

Salerno & Klein: A Causal Realist Approach to Economics

Salerno & Klein hebben een tijdje geleden een lecturereeks gegeven.

'k ben nog maar aan de eerste presentatie, gegeven door Salerno, maar 'k ben nu al fan.

Je vindt de link hier. Bemerk dat de onderste presentatie ('Scarcity, Choice & Value') de eerste is en zo naar boven. Het is een goede inleiding in het zuiver praxeologische karakter van economie.

Het is hier niet mijn bedoeling om een discussie te openen of economie gelijk is aan het strikt praxeologische, a priori karakter dat we logisch kunnen deduceren (al dan niet met enkele bijkomstige assumpties die we duidelijk articuleren, gebaseerd op algemene empirische waarnemingen, die niet strikt noodzakelijk zijn). Maar deze lecture reeks is heel goed in dàt gedeelte van economie heel goed benadrukken.

Milton Friedman

"Niets dat waar is in Milton Friedman, is nieuw. Niets dat nieuw* is in Milton Friedman, is waar."

Iemand die het tegendeel kan beargumenteren?

*met betrekking tot economische theorie.


Roderick Long zijn filosofie seminarie

In 2006 gaf Roderik Long een filosofie seminarie in het Mises Institute. Hij heeft dit nu op zijn eigen website gezet. Het hoeft niet gezegd te worden dat dit natuurlijk een absolute must-watch/listen is voor iedereen - zeker zij die claimen geïnteresseerd te zijn in de filosofische onderbouwing van het (klassiek-)liberalisme.

Van zijn eigen aankondiging:

On the one hand, the subjective-value approach to economics characteristic of the Austrian school might seem inhospitable to objective theories of ethical value. Yet on the other hand, philosophers like Socrates, Aristotle, and Aquinas based their objective conceptions of ethics on something rather like a praxeological analysis of subjective valuation; indeed, subjectivist economics and natural law ethics both originated from this common tradition. Can an objective ethics in a broadly Aristotelian tradition be grounded in praxeological considerations? And if so, what shape might a radical libertarian political theory take if built on such foundations?

The first half of the seminar will deal with the praxeological foundations of ethics. Topics include: do human beings have an ultimate end? can we knowingly choose the bad? how are morality and self-interest related? why should we care about other people’s interests? ...

The second half of the seminar will explore the implications of praxeological, Aristotelean ethics for such issues as property rights, contracts, land ownership, punishment and restitution, military policy, stateless legal systems, utilitarian vs. rights-based considerations, and the cultural preconditions of liberty.


Prelude: Economics and Its Ethical Assumptions: [text] [2005 audio] [2007 audio] [2009 audio] [[2010 audio]

I. From Praxeology to Ethics

1. Objective and Subjective Value: [audio] [video]

2. The Praxeological Case for an Ultimate End: [audio] [video]

3. Free Will: Two Paradoxes of Choice: [audio] [video]

4. The Moral Standpoint: [audio] [video]

5. An Aristotelean Ethics of Virtue: [audio] [video]

II. From Ethics to Liberty

6. Justice, Rights, and Consequences: [audio] [video]

7. Property, Land, Contract: [audio] [video]

8. Punishment and War: [audio] [video]

9. Culture and Liberty: [audio] [video]

10. An Anarchist Legal Order: [audio] [video]



zaterdag 14 augustus 2010

A Case for a Free Market of Ideas and Traditions

In de USA heb ik een weekje gelogeerd bij 2 aangename jonge dames. Ik heb hiervoor al gelinked naar het debat waaraan Liya deelnam.


Hieronder is haar follow up tekst; waarbij ze het (conservatieve) idee bekritiseert dat de overheid bepaalde tradities moet bewaken.

Ik kan alleen maar zeggen dat ik de tekst grandioos vind.

(Originele bron: hier. Check ook de Students For Liberty Website in zijn geheel!)

A Case for a Free Market of Ideas and Traditions

Three weeks ago, I had the opportunity to represent the libertarian perspective in the Libertarianism v Conservatism debate at the Cato Institute. I had originally written a speech supporting libertarianism through an economic point of view, but as the debate developed into specific policy issues, I did not have a chance to present my speech. I’ve decided to make the content of the speech into this blog post.

While Alexander McCobin’s post last week focused on the differences between conservatives and libertarians, my post will attempt to show free market advocates why we should hold a political philosophy closer to libertarianism than conservatism. Additionally, I will attempt to adopt Megan McArdle’s embracive approach by reaching out to conservatives who truly understand the fundamentals of how the free market works. McArdle’s post entitled “Oregon’s Rich Talk is Not a Victory for Liberals,” demonstrates the method of persuasion that I hope to mimic.

Coming from an economics background, I have come to appreciate the free market and the economic liberties it provides. But the real question is, why do I support social liberties as well? Or, more broadly, why should free market advocates support a libertarian political philosophy rather than a conservative political philosophy?

Before I begin, it is important to distinguish that I am referring to conservatism as apolitical philosophy, not as a personal philosophy. That is, a political philosophy aims to answer the question of what is the proper role of the government. While I may be more conservative leaning in my personal philosophies, I do not believe that conservatism is a proper political philosophy. To quote F.A Hayek, “There are many values of the conservative which appeal to me more than those of the socialists; yet for a [classical] liberal the importance he personally attaches to specific goals is no sufficient justification for forcing others to serve them.”

I am a free market advocate because I understand why the market works and I understand how the market is better able to channel human nature to meet the demands of individuals. Free market advocates know that no one person has 100 percent knowledge or certainty, that knowledge is local and dispersed, and that orders emerge spontaneously, i.e. what we call “spontaneous order” or the “invisible hand.” We know, for example, that no central authority could determine the quantity, color, style, and size shoe each person wants at a given moment in time. Most conservatives would agree that having the government take over the shoe industry would be disastrous.

But why should the government take over the industry of ideas and traditions? If you truly understand how and why the free market works, you know that government officials cannot possibly also have perfect knowledge of the “good” and “bad” traditions in society. That is, in the free market of goods and services, if a product is not valued, the market takes care of it; it disappears – it’s no longer sold, and resources are not wasted to make this product. There need not be a decree from government officials. The same dynamic is at play in the market of ideas and traditions. The only effective mechanism of determining which traditions are “good” and which traditions are “bad” is by allowing them to freely evolve and either prosper or disappear.

By legislating, regulating, and mandating traditions, the government is attempting to artificially preserve those traditions. Most conservatives and libertarians are against the bailouts because they understand that conserving for the sake of conserving leads to bad, unwanted outcomes for all of society. For example, we know that if no one values the work of GM, the markets will allow them to disappear so resources can be used toward more valued ends; a “good” outcome. In the realm of traditions, there is no way of knowing which traditions are good and which traditions are bad if politicians artificially preserve the traditions they claim to have absolute certainty of being good traditions

If the conservative traditions are valuable, they will naturally stay in society. There would be no reason for the government to artificially preserve them. The institution of marriage and the family has persisted in all cultures for millennia, not due to some government policy, but due to the value that people derive from them. Meanwhile, institutions that have not produced sustained value to individuals, such as primogeniture, have disappeared, and rightly so. If we trust the free market of goods and services to lead to the best outcomes, we should also trust the free market of ideas and traditions to do the same. Believing in the free market of one, but not in the free market of the other only demonstrates a scant knowledge of how and why the free market works. Acknowledging that we lack perfect information in one aspect and not the other would be hypocritical of a free market advocate. This is also Hayek’s main criticism of conservatives, stating that they “lack [an] understanding of economic forces…and lack the faith in the spontaneous forces of adjustment.”

However, Hayek’s knowledge problem is not the only reason why free market advocates should be libertarians. Free market advocates should already understand and apply the important implications of public choice theory to government. Government bureaucracies created for running the welfare state are the very same government bureaucracies created for running the war on drugs. They do not fundamentally differ. Nobel Laureate James Buchanan criticized the view that when men enter into politics, they become angels. We all understand why that is false today. But why would free market advocates claim that when men run a certain government program they are not angels, but when they run another government program they are angels?

This view should be rejected by all those who understand the forces of economics, public choice, and the free market. Those who advocate regulating social issues, no matter how well-intentioned, inevitably fall into the same traps of bureaucratic inertia and agency self-preservation that plague other government programs. These are the Bootleggers and the Baptists we all learned about in our basic economics class. The dynamic does not change when you regulate an economic issue instead of a social issue. Take for example the profit-seeking opportunities that police have chosen to exploit through civil asset forfeiture, taking the property of innocent people for their own gain by claiming that the individuals “could be drug dealers.” We would be inconsistent to say that power should not be given to government with regards to economic issues, but power should be given to the government with regards to the social issues. We ought always to be wary of how government officials will use the powers that we grant to them.

Lastly, it would be in the “free market conservatives” best interest to advocate their philosophy as a personal philosophy, not a political philosophy. Many of the conservative values are great values, but the public reacts against them because they despise the notion of conservatives using government to impose personal views on them. Conservatives who legislate such views tacitly demonstrate that they either actually don’t believe their traditions are good enough to stay naturally or that they are the only ones who are smart enough to have absolute certainty of the best traditions – both of which makes moderates and independents cringe. The support of today’s youth for progressive politicians is not an opposition to liberty, but rather an opposition of conservatives legislating their beliefs onto individuals.

For conservatives to achieve their ends they should take the opposite approach, one that does not create backlash and one that implies that conservatives have faith not only in the value of their traditions but also in the intelligence and autonomy of the public to recognize these merits and adopt these positions voluntarily. In“Conscience on the Battlefield,” Leonard Read, the founder of FEE, explains how the best actions come through voluntary education and ideology, not force—or as he puts it, “action dictated by conscience instead of by Caesars.”

If conservatives want to defend their traditions and institutions, they should condemn any attempt by the state to impose one belief structure or another. They should focus their energies on arguing for why their ideas are valuable and should be adopted voluntarily by other individuals instead of using legislation to impose their world view on others. Conservatives would have a much better chance of reaching young people if they embraced the free market of ideas and defended their traditions on their own merit.

vrijdag 6 augustus 2010

De Oostenrijkse school in 10 Proposities

In the Concise Encyclopedia of Economics

  1. Only individuals choose.
  2. The study of the market order is fundamentally about exchange behavior and the institutions within which exchanges take place.
  3. The “facts” of the social sciences are what people believe and think.
  4. Utility and costs are subjective.
  5. The price system economizes on the information that people need to process in making their decisions.
  6. Private property in the means of production is a necessary condition for rational economic calculation.
  7. The competitive market is a process of entrepreneurial discovery.
  8. Money is nonneutral.
  9. The capital structure consists of heterogeneous goods that have multispecific uses that must be aligned.
  10. Social institutions often are the result of human action, but not of human design.



What Austrians Should Do?


Implications

- Battle with historicism is not 'live'
- Battle with General Competitive Equilibrium is neither 'dead' nor 'live'
- Battle with 'formalistic historicism' hasn't been engaged, but this is the world we live in

Rules of Engagement

- The Essential tension again
=> Have to accept the standards of scientific success of the game you are playing
- Competing on the margins where comparative advantage resides
=> Work in those areas that are often omitted by your scientific peers, yet are also areas that they care about
====> become a productive input into the scientific production process of others within the profession
- commitment, yet professional engagement
=> Stick to your guns about your paradigmatic points, but do so in a way that keeps you in the conversation rather then excluded from it.

Microeconomics
- Entrepreneurial theory of the market process
- Rationality and behavioral economics
Macroeconomics
- Monetary theory
- Capital theory
Political economy
- Self-governance

Remember Bastiat
- "the worst thing that can happen to a good cause is not to be skillfully attacked, but to be ineptly defended."

- Aspire to a higher and more sophisticated form economic argument, yet understand that simple economics is not necessarily simple-minded economics.


Notities bij Pete Leeson on 'Self Governance'

erste slide: "Anarchy"

Everyday anarchy

- Most of the world, for most of its history
- More than half the world's government: "weak" or 'failed'
- International arena: between governments and between citizens
- "Pockets of anarchy" in developed countries

=> Governance: some system of rules/law and means of enforcement of facilitating social order
=> Government: one sort of organization to ensure governance => Legitimized monopoly of force in a territory
=> Studying anarchist order => 'kind of a side show' <=> it actually is important for understanding (austrian) economics.
=> Even though we live in a world with many governments: most of our interactions happen in anarchic situations.

Sideshow or necessity

- Mises on Menger's theory of money: quintessentially "praexeological theory", pointed to its "import ... for the elucidation of fundamental principles of praxeology and its methods of research" (1949: 402)

- Why? Tri-part emhasis on:
=> Human Purposiveness
=> Social Cooperation
=> Institutions

- Ricardian Law of Association

3 cases

- Easy case: effective self-government in the 'state's shadow'
=> Nearly all agree that it's possible

- Hard case: effective self government outside the 'state's shadow'
=> Nearly all agree this is impossible where pops are large, diverse, or require a SE solution to violence.

- Hardest case: self governing society that generates wealth
=> Nearly all agree this is impossible.

The Easy case: self-enforcing contracts

- Used when: government contract enforcement is absent/prohibitively costly.
- Mechanism: folk theorem => Unsophisticated
- Ex. Jewish Diamond traders; how neighbors settle disputes
- Limits: infinitely-repeated play; low time preference; low-cost communication (pop size and diversity); common idea about cheating; equal strength; can't create encompassing social order
- Bottom line: indispensable, but, alone, very limited (intra-group social cooperation) => conventional wisdom correct.

The Hard Case: Large Population and Social Diversity

- Used when: government contract enforcement is absent/prohibitively costly
- Mechanism: folk theorem + signaling => Sophisticated
- Ex: Logos/signage; lex Mercatoria; precolonial Africa, gangs
- Limits: infinitely repeated play; low time-preference; equal strength; can't create encompassing social order
- Botom line: facilitates inter-group cooperation => conventional wisdom mistaken

The Hard Case: Violence

- Used when: government protection absent
- Mechanism: violence; credit; other => sophistication depends.
- Ex: American West; feud, leges marchiarum
- Limits: depends... jurisdictional conflict; out-of-equilibrium escalation; other
- Bottom line: might need not make right => conventional wisdom mistaken

Rich and stateless?

- We have examples of fully self-governing societies: medieval Iceland, pirates, tribes, Somalia, etc.
- But how rich are/were they? Existence =/= efficiency.
- True! So what can we say about self-governance efficiency?

What doesn't shed light on the Hardest Case Question?

- Every country in the world has government (almost)
=> Every country in the world has tariffs: does that prove it's efficient? => No, it proves that it is in some peoples advantage.
- (Insert stateless society) is/was very poor
=> You aren't comparing the relevant institutions
- Private Institutions can't facilitate large volumes of trade
=> It's wrong => They can. A quarter of world GDP is caused by private institutions.
- (Insert N. American, W. European country)'s government can clearly facilitate more social cooperation than (insert stateless society)'s system of private governance
=> It doesn't tell us anything: you aren't comparing relevant institutions.

What are we left with?

- Compare the 'best' anarchy with 'the best' state; but compare the 50th 'best' anarchy with the '50th' best government.
- Somalia: pre and post anarchy: almost on every indicator: somalia has improved.
  1. Unqualified claims about the HCQ in either direction aren't going to be right
  2. Avoid the wrong question: why aren't any privately ordered societies richer?
  3. Ask the right question: compared to the relevant institutional alternative in this case: how does (might) private ordering fare?
  4. Comparing relevant alternatives, it seems that in many and perhaps most cases in the world at the moment, private ordening would fare well.
  5. We have much empirical and theoretical work left to do on the HCQ.
  6. Public choice is essential to aswering the HCQ.
  7. Studying anarchy isn't a luxury.

Notites voor Horwitz zijn 'Costs of Inflation'(

(Lecture gegeven op de fee. Zie hier zijn paper. Het spijt me voor de 2-taligheid; maar het is moeilijk om 1-talig te houden, als je tegelijkertijd zaken moet beschrijven, luisteren en de powerpoint overnemen.)

Inflatie heeft invloed op Relatieve Prijs Effecten.

- RPE is inherent aan monetary expansie, i.e. als er geldcreatie is, zijn er noodzakelijke RPE, omdat prijzen moeten aanpassen aan de nieuwe geldhoeveelheid.
  • => Het gaat niet over 'interpretatieve fouten' of 'menu costs' (de kost om je menukaarten aan te passen)
  • => We moeten aandacht hebben voor het institutionele proces
- Public choice reasons for RPE
  • => Er zijn redenen waarom politici deze RPE willen creëren
- Irrelevantie van 'het prijslevel'
  • => Producenten zijn bezig met 'de prijzen' waar ze mee geconfronteerd worden.
- Standaard view: RPE throw us out of Equilibrium
- Alternatieve view: RPEs undermine the epistemic function of prices
  • => Prices guide us before the fact, rewards us after the fact. Prices have a discovery function.
- Undermines entrepreneurship and economic calculation and coordination more generally

A Comparative Institutions View of the Costs of Inflation
=> Het verschil tussen een samenleving mét en een samenleving zonder inflatie.

- GDP and the Costs of Inflation
  • Inflatie is slecht => maar zou dat dan geen effect hebben op GDP? Maar een aantal van de 'kosten' van inflatie, zullen eigenlijk aan het GDP toegevoegd worden! (Broken Window Fallacy! => Als we New Orleans heropbouwen voegt dat toe aan GDP, maar we zijn niet echt rijker.) Inflatie creëert 'cooping costs', i.e. kosten die we aangaan om ons te wapenen tegen inflatie, maar dat helpt niet echt. Ze voegen toe aan GDP, maar het zou beter zijn dat we die zaken beter niet doen (i.e. we zouden beter geen inflatie hebben).
  • 4 onderwerpen waar we het over gaan hebben.
  1. - Costs of misallocated capital
  2. - Coping Costs
  3. - The Relative costs of markets and politics
  4. - Inflation and social order
- Costs of misallocated capital
  • Austrian Signal extraction problem => Ondernemers moeten ontdekken of de prijsveranderingen die ze zien 'echt' of 'inflatie veroorzaakt' zijn.
  • => Not just real vs monetary, but the path! => Het pad dat het geld gebruikt om zich door de economie te transfereren. (Cantillon-effects)
  • Derived demand and capital allocation => We moeten weten of deze verandering (door inflatie) tijdelijk of permanent is. => Er is een grotere vraag; maar is deze tijdelijk of permanent. Door de inflatie => moeilijker te weten.
  • => Irretrievable costs of refitting => Indien je het fout hebt; hogere kosten. (En grotere kans op fouten, door de inflatie.)
  • => Complementary and substitutability => Als je bepaalde zaken hebt gekocht, moet je bepaalde zaken 'cutten'; geld uitgegeven dat niet voordelig is.
  • => Long run non-neutrality is one result. => vs mainstream die beweren dat op de korte tijd geld neutraal is. Maar op de lange termijn is geld ook niet neutraal: door het verspillen van middelen aan kapitaalgoederen, wordt je kapitaalstructuur belemmerd.
  • ===> Hercowitz on 'perfect substitutability' => 'op de lange termijn, alles is perfect substitutable'; slechte assumptie.
  • => Applies to human capital also => Where is the unemployment? => jobs die geraakt zijn door de vorige boom.
- Coping Costs
  • Coping costs as analogous to rent-seeking wastes
  • => If you expect inflation, you will invest in the resources to avoid it. But these are wasteful; if there weren't inflation, you wouldn't invest in these resources and you would invest in resources that directly satisfy your wants. Given the inflation, it's not stupid to invest in such things. But it would be better if there were no inflation.
  • Shoe-leather and menu costs
  • => The general public fears inflation more than the economists.
  • Contract negotiation and enforcement => You need contracts to cope with inflation rates. Renegotiation, etc.
  • Accountancy issues => How do you account for inflation in checking profit and loss? => When we compare value through time; but if the 'ruler' gets screwed up (the money), it's harder. => We kunnen niet zomaar 'er is 10% inflatie' disconteren; want misschien heb jij last van 2% of 20% inflatie - want het algemeen inflatie cijfer is een gemiddelde.
  • Producer and consumer asset-protection
  • => Shift from production to finance => Mensen zien de effecten van inflatie en proberen zich te wapenen door in de financewereld te stappen. => Allemaal wordt toegevoegd aan GDP; maar we zijn slechter af dan het alternatief.
  • => consumer portfolio shifts
- The relative costs of markets and politics
  • Which path to wealth?
  • Scrambled price signals => Political action => Er wordt politieke actie geëist.
  • => Intervention creates beneficiaries => Sommige mensen halen voordeel uit de inflatie (bureaucraten en andere voorbeelden) en derhalve zal er achteraf minder mensen zijn die tegen de inflatie stemmen.
  • The interventionist dynamic (Mises)
  • The ratchet effect (Higgs)
  • A generalized movement awat from markets as the primarcy allocation process
- Inflation and Social order
  • Mises and the law of association
  • Exchange as socializing
  • Contract vs Hegemony (Mises) => Om een contract samenleving te hebben, heb je 'sound money' nodig hebben. Inflatie ondermijnt dit proces.
  • Inflation undermines exchange and contract as the basis of social order
  • => Despotic or democratic (hyperinflatie leidt tot Hitler)
De mainstream heeft de kosten van inflatie vaak genegeerd.