dinsdag 19 januari 2010

Het doorzichtige argument van marktfalen

Far from advocating such a 'minimal state',2 we find it unquestionable that in an advanced society government ought to use its power of raising funds by taxation to provide a number of services which for various reasons cannot be provided, or cannot be provided adequately, by the market. Indeed, it could be maintained that, even if there were no other need for coercion, because everybody voluntarily obeyed the traditional rules of just conduct, there would still exist an overwhelming case for giving the territorial authorities power to make the inhabitants contribute to a common fund from which such services could be financed. (Hayek, Law, Legislation & Liberty, deel 3, pg 41.)
Dit (typische) argument is, natuurlijk heel typisch. 'Ja, sommige zaken kunnen niet bereikt worden, dus moeten we wel belasten.' Maar dit is enorm typisch te counteren.
Dit is immers geen waardenvrije standpunt van een econoom, maar een ideologisch standpunt van een ideoloog. Ik vind dat bepaalde zaken moeten bereikt worden en ik vind dat dit niet (goed genoeg) bereikt kan worden/wordt door de markt, dus ik vind dat de overheid dat moet doen. Er is geen objectieve benchmark voor 'de markt kan het niet' te onderscheiden van 'de markt wil het niet'. (Waarbij we 'de markt' begrijpen als een groot geheel van vrijwillige handelingen.) Meer zelfs; de markt 'wil' het niet en de markt 'kan' het niet, is in zekere zin identiek. Vermits dat een 'markt' betekent dat mensen handelen binnen hun eigendomsrelaties om bepaalde zaken te bereiken, betekent het als een markt iets niet bereikt, dat niet genoeg mensen dit willen (op zo'n manier dat zij zelf de kosten dragen). Natuurlijk kan het zijn dat mensen het wel willen als anderen de kosten dragen, maar de vraag is maar in welke mate dát een rechtvaardiging kan zijn, natuurlijk.


Geen opmerkingen: